De standaardinstellingen voor alle afdruktaken wijzigen
1.
Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.
Selecteer dit apparaat in het menu Printer.
3.
Het menu Exemplaren & pagina's wordt standaard weergegeven door de printerdriver. Open
de vervolgkeuzelijst van het menu en open vervolgens het menu waarvoor u de afdrukinstellingen
wilt wijzigen.
4.
Selecteer voor elk menu de afdrukinstellingen die u wilt opslaan, zodat u deze opnieuw kunt
gebruiken.
5.
Klik in het menu Voorinstellingen op de optie Opslaan als... en typ een naam voor de
voorinstelling.
6.
Klik op de knop OK.
Deze instellingen worden in het menu Voorinstellingen opgeslagen. Als u de nieuwe instellingen wilt
gebruiken, moet u de opgeslagen voorinstelling selecteren wanneer u een programma opent en wilt
afdrukken.